top of page
Leiden 2013-07-09 Hofje van Barent.jpg
Leiden 2013-07-09 Hofje van Barent-6.jpg

Het Barent van Namenhofje

Het Barent van Namenhofje werd in het leven geroepen door lakenkoopman Barent van Namen (1654-1729), die daartoe in 1728 een stuk grond in de stad had aangekocht. Het hofje werd na zijn dood voltooid en in 1730 in gebruik genomen. Het was bestemd voor twaalf kinderloze echtparen van boven de vijftig die lidmaten waren van de Nederduits-Gereformeerde kerk. De twaalf huisjes voldeden tot het begin van de 20ste eeuw. Regent Carel Pape (1840-1918), een in Den Haag gevestigde rechtsgeleerde en kunstverzamelaar, vond toen dat het hofje rijp was voor de sloop. De welgestelde vrijgezel liet daarom in 1915, om zijn veertigjarig jubileum als regent te vieren, op eigen kosten een nieuw hofje ontwerpen en bouwen door architect Willem Cornelis Mulder (1850-1920), die eerder al het Bethlehemhofje had vernieuwd.

 

Net als dat hofje was het nieuwe hofje in Oudhollandse stijl, en werd het zo statig bevonden dat het de bijnaam ‘villahofje’ kreeg. Mulder slaagde erin te woekeren met ruimte en toch twaalf nieuwe huisjes te bouwen zonder dat het een benauwde indruk wekt. Overigens werden oudere bouwelementen, zoals de wapensteen boven de poort en een schoorsteenstuk in de regentenkamer, herplaatst. In de gevel van de regentenkamer werd het wapen van de familie Pape aangebracht. Na zijn dood liet Carel Pape zijn kunstcollectie na aan museum de Lakenhal, waarvoor de bouw van een nieuwe vleugel noodzakelijk.

Het hofje dient nog altijd een sociaal doel. Het hofje is bedoeld voor studenten die in de eindfase van hun studie zitten. De meeste bewoners blijven na hun studie nog enkele jaren in het hofje wonen en de gemiddelde leeftijd van de bewoners is eind 20.

bottom of page