top of page
Cathrijn Jacobs Dochtershof.jpg

Cathrijn Jacobsdochterhof

Aan het eind van de Nieuwe Rijn vind je de toegang tot het Cathrijn Jacobsdochterhof. Cathrijn Jacobsdochter was de vermogende weduwe van de kleermaker Frans Janszn, wonende aan de Breestraat naast het St. Cathrijne Gasthuis (waar nu de Stadsgehoorzaal staat). Zij liet in 1598 voor ‘eerlijcke scamele weduwen’  of ‘geëchte luijden of maechden’  een rijtje van negen huisjes bouwen aan de Zegersteeg. Dit was niet zonder slag of stoot gegaan. Zij was namelijk ‘geteeld buiten huwelijk’, een onwettig kind van de Amsterdamse priester Jacob Franszn en haar moeder Fytgen. Na betaling van een flink bedrag, werd zij gewettigd en kreeg zij toestemming voor de bouw. Aanvankelijk ging het het hofje voor de wind, maar in 1736 werden uit armoe enkele huisjes te koop aangeboden. Het hofje verpauperde langzaam. In 1928 moest het hofje verhuizen, omdat de (inmiddels verdwenen) kussen- en matrassenfabriek van Beuth wilde uitbreiden. De bewoners vonden een nieuwe plek naast het Minnehuis aan de Kaarsenmakerstraat waar architect Van der Heyden binnen twee jaar veertien nieuwe huisjes bouwde. Het (Cathrijn) Jacobsdochtershof werd in 1994 grondig gerenoveerd.

Het hofje wordt beheerd door de Stichting Zeven Leidse Hofjes

 

Kaarsenmakerstraat 1, Leiden

Foto: Niek Bavelaar

bottom of page